Commentaar bij filmpje Oneida Language Project, te vinden op http://www.youtube.com/watch?v=dtcBmuXJQ9I
Verschillende blogcommentaren in deze ‘Lingua Globalica-stek’ belichten de onstuitbare power van de Engelse taal. Die – al eeuwenlang traag maar gestaag voortdurende en nu in tempoversnelling optredende - opmars van het Engels impliceert de teloorgang van minder machtige talen. Oneida is daar één van: Oneida is een taal van inheemse indianenstammen in Noord-Amerika die met uitsterven bedreigd is. De taal hoort bij de Irokese taalfamilie (1). Het filmpje met de titel Oneida Language Project stelt een project voor dat werd gelanceerd om het Oneida van de totale ondergang te redden. Met man en macht werd een woordenboek van het Oneida opgesteld en in het filmpje zien we hoe de 95-jarige Maria Hinton – een native-speaker van Oneida – het gehele woordenboek voorleest. Maria Hinton en de haar vergezellende professoren kloegen namelijk over het feit dat mensen die Oneida leren de woorden op een Engelse manier uitspreken. Om daar een eind aan te maken, wordt via moderne computertechnologie ‘sound’ bij de ‘print’ gevoegd: gebruikers van het woordenboek kunnen via een website de enige echte juiste uitspraak van de woorden horen. Maria Hinton vertelt dat ze op die manier de cultuur van de indianenstam levend probeert te houden – en probeert te redden van de totale onderdrukking door het machtige Engels. De meer wetenschappelijke uitleg wordt gegeven door twee professoren die meewerken aan het project: Oneida is een extreem bedreigde taal. Er zijn nog slechts een handvol sprekers van Oneida en de taal komt helemaal niet meer voor als moedertaal. De professoren betreuren dit en klagen dat het ongelooflijk moeilijk is om dit proces van ‘uitsterven’ een halt toe te roepen. Tot zover het slechte nieuws. De professoren voegen meteen toe dat er ook een positieve noot in het hele Oneida-verhaal te vinden is: de hele Oneida-community prijst de waarde van de indianentaal en wil er alles aan doen om de taal te redden.
Vraag is of de verwoede pogingen van de Oneida-sprekers om hun taal te ‘redden’ niet vergeefs en op ijdele hoop gebaseerd zijn.
Dat talen verdwijnen, is een feit. De Unesco riep 2008 uit tot het Internationaal Jaar van de Talen omdat maar liefst de helft van de 7000 bestaande talen met uitsterven bedreigd is. Verder bracht de Unesco de verdwijnende talen ook visueel in kaart in de ‘Atlas of the World’s Languages in Danger of Disappearing’ (2).
Volgens de Unesco verdwijnen talen als gevolg van marginalisatie door culturele en economische druk en door de ontwikkeling van nieuwe technologieën die om homogeniteit vragen (3). Een taal is ‘gezond’, als de jongeren ze nog als moedertaal leren, als er nog een literatuur rond bestaat en als ze nog onderwezen wordt. Oneida scoort op alle punten negatief en is daarom een bedreigde taal.
Waarom toch die drukte rond Oneida? Ware het niet eenvoudiger dat de indianen het Engels accepteerden? De geschiedenis van onderdrukking van de indianen, die in het collectieve geheugen is blijven hangen, speelt een belangrijke rol. De Amerikaanse president Andrew Jackson voerde rond 1830 de ‘Indian Removal Act’ in die alle indianen uit het Oosten in reservaten ten Westen van de Mississipi wou droppen. De Oneida-indianen volhardden echter en lieten zich niet deporteren door de blanke Amerikanen (4). Wel moesten ze langzaam maar zeker een proces van economische, culturele en talige assimilatie ondergaan.
Verder is de geliefde minderheidstaal niet alleen een communicatiemiddel, maar zeker ook een identificatiemiddel. Het is opvallend hoeveel het woord ‘community’ in dit korte filmpje valt. Het angstvallig willen behouden van de taal is een zaak van de hele gemeenschap. De taal verschaft de leden van de gemeenschap immers een gemeenschappelijke identiteit en een gevoel van samenhorigheid – dat in het verleden werd belichaamd door het collectieve verzet tegen de blanke overheersing. Met het wegvallen van de gemeenschappelijke taal, vallen volgens de aanhangers ook de overblijfselen van de Oneida-identiteit en van de Oneida-cultuur weg.
In een land dat geconfronteerd wordt met een veelvoud van talen binnen zijn grenzen (zoals het geval is in de Verenigde Staten, met het Engels en de vele indianentalen), vallen twee mogelijke scenario’s op te sporen. Vaak wordt een taal opgeslorpt door een andere taal volgens het dominantieprincipe. In de minderheid van de gevallen blijft de meertaligheid gewoon bestaan doordat een heuse strijd wordt geleverd om het behoud van de minderheidstaal (5). Oneida lijkt tussen de twee scenario’s in te balanceren. Er worden verwoede pogingen gedaan om de Oneida-taal te behouden. Binnen afzienbare tijd zullen de indianen echter moeten aanvaarden dat hun taal wordt ‘opgeslorpt’ door het Engels.
Aan het uitsterven van Oneida valt volgens mij – door de economische, politieke en culturele macht van het omringende Engels - niet te ontkomen, ook niet door het opstellen van een woordenboek met bijhorende klank.
Bronnen:
1) Irokese talen. Geraadpleegd op 22 december 2008 op http://nl.wikipedia.org/wiki/Irokese_talen
2) Goris, G. (2008) De Berlijnse muur in Afrika. Geraadpleegd op 17 december 2008 op http://www.mo.be/index.php?id=62&no_cache=0&tx_uwnews_pi2%5Bart_id%5D=20437
3) Cevallos, D. (2006) Indianentalen sneuvelen massaal. Geraadpleegd op 17 december 2008 op http://www.mo.be/index.php?id=63&tx_uwnews_pi2%5Bart_id%5D=15895&cHash=9f9d8445e4
4) Andrew Jackson. Geraadpleegd op 22 december 2008 op http://nl.wikipedia.org/wiki/Andrew_Jackson
5) Willems, K. (2003) Inleiding tot taal- en tekststructuren. Gent.
maandag 29 december 2008
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
1 opmerking:
Vlamingen in de vergetelheid
Persoonlijk vind ik de inspanningen die geleverd worden om de oude Indiaanse taal te redden, een heel mooi initiatief. Ik ben het volledig eens met Lies dat de projecten die in het filmpje worden voorgesteld, niet noodzakelijk zullen vermijden dat bepaalde talen zullen uitsterven. Toch wil ik in deze reactie het belang van zulke projecten benadrukken. Tegen het verdwijnen van talen kan op zich misschien niet zo heel veel gedaan worden, dit zijn processen die nu eenmaal aan de gang zijn in onze geglobaliseerde wereld. Het minste wat we kunnen doen – en wat dus volgens mij ook gedaan moet worden- is de kenmerken van de verdwijnende talen registreren. Deze registratie zou niet als een (overbodige) moeite worden voorgesteld, eerder als een soort van morele verplichting. Zij kan immers een onschatbare bron aan informatie bieden zowel aan ons als aan komende generaties. Logischerwijze zullen linguïsten hier het meeste baat bij hebben, maar toch kan een gedetailleerde inventaris van een taal ons ook heel wat sociologische, historische, maatschappelijke, etc. kennis bieden.
Iedereen heeft wellicht al eens opgevangen dat eskimo’s meer dan één woord kennen voor het begrip “sneeuw”. Dit heeft een logische verklaring: eskimo’s beschikken over verschillende woorden voor het verschijnsel sneeuw, waar wij maar één woord voor hebben, gewoonweg omdat ze in hun dagelijkse leefwereld met veel meer verschillende soorten sneeuw te maken hebben dan wij. Verklaringen voor bepaalde verschijnselen in de taal zijn echter niet altijd direct af te leiden. Verrassend is bijvoorbeeld dat het woord “muziek” in geen enkele Afrikaanse taal bestaat. Dit betekent niet dat men in de Afrikaanse cultuur helemaal geen aandacht heeft voor muziek. Integendeel, dit medium wordt in Afrika opgevat als iets dat niet in één woord te vatten is, het wordt beschouwd als een taal op zich (1).
Taal is niet enkel een communicatiemiddel, ze geeft ons heel wat achtergrondinformatie over de personen die in de gegeven taal communiceren. Bepaalde levensopvatting, wereldbeschouwingen zitten onrechtstreeks in de taal verweven. Door ze te analyseren kunnen we tot boeiende ontdekkingen komen. Zo kwam ik deze zomer, na 4 jaar intensief de Poolse taal bestudeerd te hebben, pas per toeval in contact met het Wymysöryś, een taal die ook met het uitsterven bedreigd is. Graag maak ik van deze gelegenheid gebruik om deze veelal onbekende taal te introduceren.
In de dertiende eeuw, nadat Polen te kampen had met de verwoestingen veroorzaakt door de Tataarse invallen, kregen verscheidene volkeren de mogelijkheid aangeboden om zich in het Zuiden van Polen te vestigen. Op een tiental kilometer van Oświęcim (beter bekend als Auschwitz), vestigden zich een driehonderdtal Vlaamse immigranten, voornamelijk weversfamilies. Door de eeuwen heen hebben zij hun Vlaamse identiteit in grote mate intact weten te houden. Dat blijkt heel duidelijk uit de taal die zei spraken, het Wymysöryś. Dit is een West-Germaanse taal die geschreven wordt op basis van de Poolse fonetische spelling. 7 eeuwen later lijkt deze taal, ondanks de beïnvloedingen van andere talen zoals het Oud-Duits, het Schots, enz., nog steeds op een soort van Oud-Vlaams.
Tot op het einde van de Tweede Wereldoorlog was deze taal nog een algemeen gangbare taal. Ondanks het feit dat men vanaf 1847 voor officiële aangelegenheden verplicht werd het Pools te gebruiken, bleef het Wymysöryś enorm populair. Zo bleef men in de scholen vaak het Wymysöryś gebruiken omdat men anders niet altijd verstaanbaar was (2). Het is pas na de Tweede Wereldoorlog, toen de Sovjet-Unie de les kwam spellen in Polen, dat het Wymysöryś verboden werd, wellicht omdat het te veel associaties had met het Duits. Tegen mensen die het toch spraken, trad men heel repressief op. Uit schrik durfde niemand meer deze taal aan zijn kinderen te leren (3). Dit was het begin van het einde voor de Pools-Vlaamse taal. Vandaag de dag is de taal van deze Polen - die zich overigens Vlamingen zijn blijven noemen - stilaan aan het verdwijnen. Helaas beschikt men in Wilamowice niet over de middelen om de taal te beschermen, noch wordt het actief beschermd door enige organisatie, zoals UNESCO. De plaatselijke inwoners van Wilamowice waren dan ook erg verbaasd dat er iemand interesse had in hun taaltje. Helaas blijven er vandaag naar schatting nog maar 70 mensen over die het Wymysöryś beheersen, waarvan de overgrote meerderheid ouder is dan 70 jaar (4). Het Wymysöryś is op sterven na dood. Wil je deze Vlaamse Polen nog wil ontmoeten en genieten van deze taal, kan je best nu je koffers pakken, maar voor nu
Ołys ym besta ym jür 2009! :)
Ulka Delbroek
(1) Interview met Sacha de Herder op radio 1. Bruisend Kampala http://radio1.be/programmas/stor/1376684/
(2) Persoonlijk interview in Wilamowice in augustus 2008
(3) Idem (alle Polen die Wymysöryś spraken, beheersten ook perfect de Poolse taal)
(4) Król, T. (2006) Krótka historia języka wilamowskiego, http://www.miasto.wilamowice.pl/content/view/234/92/
Een reactie posten